Aangescherpte importeisen chrysant van kracht voor Israël

Met ingang van 31 januari 2024 is een belangrijke wijzing van kracht in de export van chrysanten naar Israël. Deze wijziging heeft consequenties voor kopers én kwekers van chrysant. Alleen chrysanten die afkomstig zijn van een bedrijf dat vrij is van Japanse roest (Puccinia horiana) zijn nog welkom in Israël.

Welke eisen stelt Israël aan de import van chrysanten?
Je mag alleen snijbloemen van chrysant exporteren naar Israël, wanneer deze afkomstig zijn van een bedrijf dat vrij is bevonden van Japanse roest, Puccinia horiana. Dit vereist een controle in alle fases van de teelt van deze snijbloemen. Het Kwaliteits-Controle-Bureau (KCB) kijkt bij de exportinspectie ook gelijk naar de aanwezigheid van mineervlieg.

Vanwege de teeltwijze van deze bloemen is een inspectie, zeker in die gedeeltes die oogstrijp zijn, niet goed mogelijk. Daarom heeft de National Plant Protection Organization van Nederland (NPPO-NL)* met Israël afgestemd dat de controle in de teelt van snijbloemen van chrysant beperkt kan blijven tot het gedeelte van het bedrijf, waar de oogst plaatsvindt.

*De NPPO is verantwoordelijk voor het uitvoeren van fytosanitaire taken om de introductie en vestiging van schadelijke plantenziekten en -plagen tegen te gaan.

Wat betekent dit concreet?

  • Alleen chrysanten die rechtstreeks van een gecontroleerde kwekerij komen, zijn welkom in Israël.
  • Voor de export naar Israël kun je geen chrysanten inkopen via de klok.

Wat is belangrijk om te weten over de bedrijfsinspectie?
De inspectie van Chrysanthemum snijbloemen vindt plaats op de kwekerij. De inspecteur controleert daarbij:

  • de partij die klaarstaat voor de export
    De exportpartij moet bij de inspectie verpakt zijn in exportdozen. Het is belangrijk dat op de exportdoos de cultivar én het aantal stelen vermeld staat.
  • de oogstlocatie
    Inspectie vindt alleen plaats op de plek(ken) waar de oogst plaatsvindt en dus niet in het hele bedrijf.

Wat zijn de consequenties van een besmetting met Japanse roest en/of het aantreffen van mineervlieg?
Wanneer uit de inspectie blijkt dat een bedrijf besmet is met Japanse roest, dan mag dit bedrijf drie maanden lang geen chrysanten exporteren naar Israël. De NVWA houdt een registratie bij van de bedrijven die zijn uitgesloten van de import naar Israël.

Wanneer de inspecteur bij de bedrijfsinspectie mineervlieg aantreft, dan keurt de inspecteur de betreffende partij af. Het bedrijf mag wel blijven leveren aan Israël.

Wat vraagt het aangescherpte Israëlische importbeleid van exporteurs van chrysant?
Exporteurs hebben de belangrijke taak om zélf te informeren bij de kwekers met wie zij zakendoen of het Kwaliteits-Controle-Bureau (KCB) de afgelopen drie maanden Japanse roest heeft aangetroffen op het bedrijf. Exporteurs achterhalen zo of de chrysanten van de kwekerij voldoen aan de importeisen die voor Israël van kracht zijn.

Exporteurs geven zelf aan het KCB door bij welke kwekerijen zij bloemen inkopen, zodat inspecteurs bij iedere exportinspectie, ook een inspectie in het oogstbare deel uitvoeren.

Bij een goede uitslag van de controle geeft de Israëlische NPPO importvergunningen af met de volgende beschrijving:

  1. The flowers originate from a production site free from Puccinia horiana
  2. The flowers were officially inspected prior to shipment and found free from Puccinia horiana and leaf miners

Bekijk de exporteisen van sierteeltproducten voor Israël op de website van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)