Opschoning productcoderingen 1e kwartaal 2023

Floricode voert per ingang van ieder kwartaal specifieke wijzigingen door in de productcodebestanden.

Floricode heeft in het 1e kwartaal 2023 productgroepen toegevoegd, productgroep- en productnamen gewijzigd en producten naar andere productgroepen verplaatst. Een aantal productcodes zijn geblokkeerd en verwijderd. Verwijderde productnamen kunnen eventueel weer in de codelijsten worden opgenomen voor hergebruik met nieuw registratienummer en productcode.

Het bestand met wijzigingen vind u hier.

Het bijgesloten bestand is ook in PDF beschikbaar op de website van Floricode onder Coderen > Productcodering Sierteelt> Actuele mutaties > Mutaties productcoderingen 1e kwartaal 2023.

Wat staat er op het programma van het kennispodium op 18 april?

Op dinsdagmiddag 18 april organiseert Naktuinbouw weer een kennispodium voor geregistreerde bedrijven en bestuurders. Het onderwerp is:  Virussen en bacteriën maken onze planten beter?! Het programma is bekend en u kunt zich aanmelden.

Er zijn diverse sprekers: van wetenschapper tot producent én medewerkers uit het bedrijfsleven. Zij delen ontwikkelingen in het toepassen van micro-organismen bij teeltmateriaal als gewasbescherming in de teeltfase. Virussen, schimmels, bacteriën: kunnen ze onze planten beter maken of beschermen tegen ziekten? Tijdens het kennispodium staan we stil bij uw vragen en ideeën over het toepassen.

Bekijk hier het Programma Kennispodium 18 april 2023.

  • De bijeenkomst is fysiek bij Naktuinbouw in Roelofarendsveen.
  • Het kennispodium start om 14.00 uur. We ontvangen u graag om 13.30 uur.
  • Het kennispodium duurt tot 16.30 uur met aansluitend een borrel.
  • Het kennispodium is voor klanten van Naktuinbouw en onze bestuurlijke achterban.
  • Er zijn geen kosten aan verbonden.

Link naar de Naktuinbouw (aanmelden)

Column: Kijk uit met insleep van quarantaineziekten en -plagen, ze zijn gevaarlijker dan je denkt

Robert Baayen werkt sinds eind 2020 als fytosanitair expert bij het team van Public Affairs. Hij werkte onder meer bij de Plantenziektenkundige Dienst (nu NVWA), het ministerie van LNV, de Europese Commissie in Brussel en nu deels bij WUR en bij Royal FloraHolland. In Brussel schreef hij de nieuwe Plantgezondheidsverordening. Die kennis zet hij nu in voor de sierteelt.

In Brussel was mijn opdracht om de regelgeving over quarantaine-organismen te herzien. Dat zijn insecten, aaltjes, schimmels, bacteriën en virussen die nog niet in Europa voorkomen en die we met z’n allen buiten willen houden om voedsel en sierteeltgewassen en de natuur te beschermen. Sommige kunnen enorme economische schade veroorzaken, andere kunnen onze inheemse boomsoorten geheel verdringen, net als bij iepziekte is gebeurd. Dat wil niemand op zijn geweten hebben. Daarom zijn er strenge regels over de invoer van buiten Europa, want daar kunnen die organismen heel algemeen voorkomen.

Als er nieuwe ziekten en plagen Europa binnenkomen kunnen die enorme ravage aanrichten. De hongersnood in Ierland in de negentiende eeuw, waardoor miljoenen Ieren emigreerden, werd veroorzaakt door een nieuwe aardappelschimmel uit Amerika. Momenteel woedt Xylella in de olijventeelt van Zuid-Europa, honderden jaren oude bomen gaan er massaal aan dood of zoals, nog vers op het netvlies, enkele jaren geleden Ralstonia in Roos.

NVWA grijpt hard in
In de sierteelt zou je denken dat het wel meevalt. Toch is dat niet zo. Onze sector kent een prachtig breed sortiment, maar de jonge planten of ander uitgangsmateriaal komen vaak van elders in de wereld. Als daarbij nieuwe of niet gewenste ziekten en plagen meeliften, kunnen die zich bij ons vestigen. Wanneer er een uitbraak is grijpt de NVWA als het nodig is hard in, dat is hun opdracht. Vijftien jaar geleden was er een uitbraak van een quarantaineboktor in Boskoop, de boomkwekerij is toen langs het randje van de afgrond gelopen. Bijna was Boskoop enkele jaren op slot gegaan, dat was het einde geweest. Vandaag is Xylella zo’n risico, voor de boomkwekerij en voor de sierteelt zelf. De gevolgen van een uitbraak kunnen desastreus zijn voor individuele bedrijven en onze mooie sierteeltsector als geheel.

Schoon werken is altijd de basis
Zoveel anders dan bij dierziekten is het niet. We kennen de beelden van grijpers die dode koeien en varkens in vrachtauto’s laden of kippen die met honderdduizenden tegelijk vergast worden. In de sierteelt lijkt dat ondenkbaar, maar het kan zomaar ook onze sector treffen. Als we dat willen voorkomen zullen we als sector meer moeten inzetten op preventie. Op het bedrijf natuurlijk, want schoon werken is altijd de basis. Maar de belangrijkste sleutel is stoppen met riskant gedrag. Importeer geen planten uit verre landen waar organismen algemeen voorkomen die op de quarantainelijst van de EU staan. Voor je het weet sleep je quarantainebeestjes binnen die het einde kunnen betekenen van je bedrijf en misschien ook dat van je buren. Op dit moment legt de NVWA op Ficus microcarpa bedrijven maatregelen op tegen het wortelknobbelaaltje Meloidogyne enterolobii wat een Q organisme is en dat schadelijker is dan alle andere wortelknobbelaaltjes en een brede waardplanten reeks heeft. Denk daarbij ook aan tomaat en paprika en aardappel De opgelegde maatregelen zijn voor de getroffen bedrijven een drama. Voor onze sector zijn zij in mijn ogen ook een wake-up call.

Het gaat niet alleen om verre landen. Wie uit besmette gebieden in zuidelijk Italië olijfbomen, lavendel of Polygala importeert vraagt om moeilijkheden voor zichzelf, collega’s en de sierteelt in Nederland. Of houtige gewassen uit de buurt van Milaan, waar de Japanse kever Popillia japonica voorkomt.

Mijn advies: verdiep je als kweker in de materie. Zorg dat je weet welke quarantaine-organismen voor jouw teelt een gevaar zijn. Haal je bloemen en planten alleen uit gebieden of van bedrijven die echt veilig zijn. Zoek niet de randjes op van wat wettelijk is toegestaan, maar blijf zo ver mogelijk weg van zulke risico’s. Want voorkomen is beter dan genezen.”

Robert Baayen

Toevoeging van de redactie
Als redactie voegen wij hier graag aan toe dat de fytosanitaire problemen de laatste jaren toenemen. De lijsten met quarantaine-organismen worden langer en de Europese Commissie verwacht serieuze actie van de Nederlandse overheid. Royal FloraHolland ondersteunt de leden en de sierteeltsector in het algemeen met informatie, hygiëneprotocollen en gerichte lobby in Brussel.

Voor vragen kun je terecht bij Frits Jonk, fritsjonk@royalfloraholland.com en Robert Baayen, robertbaayen@royalfloraholland.com. 

NVWA legt opnieuw stevige maatregelen op na nieuwe vondst Meloidogyne enterolobii

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft afgelopen maand opnieuw stevige maatregelen opgelegd na de vondst van Meloidogyne enterolobii. Een glastuinbouwbedrijf moet meerdere partijen Ficus microcarpa vernietigen na de vondst van de nematode. Het is de vierde keer dit jaar dat de NVWA maatregelen op moet leggen. Begin dit jaar werd in drie kassen van andere bedrijven ook Meloidogyne enterolobii op Ficus microcarpa aangetroffen.

Knobbels op Ficus microcarpa ‘Ginseng’ veroorzaakt door Meloidogyne enterolobii
Meloidogyne enterolobii heeft sinds 11 april 2022 de quarantaine-status in de Europese Unie (EU). Lidstaten zijn verplicht maatregelen te nemen om deze nematode uit te roeien en om verdere verspreiding te voorkomen. De nematode kan grote schade veroorzaken aan vele gewassen, waaronder belangrijke economische teelten in de EU zoals de teelt van tomaat, paprika, komkommer en aardappel. De NVWA waarschuwt de sierteeltsector al langer voor de risico’s van deze nematode. Het is van groot belang dat ondernemers hun verantwoordelijkheid pakken en maatregelen nemen om besmetting en verspreiding te voorkomen.

Verplichte maatregelen
De NVWA heeft onlangs op een informatiebijeenkomst voor telers van Ficus microcarpa nogmaals gewezen op de verantwoordelijkheid van de sector en toegelicht welke maatregelen worden opgelegd na een vondst van Meloidogyne enterolobii. De nematode is in het gewas gedurende de teelt niet te bestrijden. Bedrijven waar de nematode wordt aangetroffen, zijn daarom verplicht om maatregelen te nemen. Alle risicodragende delen, zoals wortels, van besmette partijen en alle overige partijen planten die in hetzelfde watergeefsysteem staan moeten verwijderd en vernietigd worden. Vervolgens moeten het teeltsysteem en het watergeefsysteem worden gereinigd en ontsmet. Bij planten zoals de Ficus microcarpa betekent dit dat de hele plant vernietigd moet worden. Dit is de enige betrouwbare methode voor uitroeiing van de nematode.

Maatregelen voor alle planten met wortels
Deze maatregelen zijn niet alleen verplicht wanneer de nematode wordt aangetroffen bij Ficus microcarpa. Meloidogyne enterolobii kent zeer veel waardplanten en regelmatig worden nieuwe waardplanten gemeld. De EU-vereisten voor derde landen gelden daarom voor alle bewortelde planten. Daarom worden bij elke vondst bij alle planten met wortels dezelfde maatregelen opgelegd.

Import
Per 11 januari gelden er strengere eisen voor alle planten met wortels bij import. Om nieuwe insleep van de nematode te beperken, worden de importinspecties uitgebreid. De inspecties bij import en de voortgezette importinspecties (fytobewaking-import) worden uitgebreid met 14 risicogewassen en 5 derde landen. Naast Ficus en Philodendron uit China en Costa Rica worden nu ook de volgende gewassen extra gecontroleerd: Amaranthus, Caladium, Callistemon, Chlorophytum, Colocasia, Fraxinus, Gardenia, Hibiscus, Ligustrum, Portulacaria, Sageretia, Synchonium, Xanthosoma en Zelkova. Afkomstig uit de volgende landen: Indonesië, Sri Lanka, Suriname, Thailand en de Verenigde Staten.

Survey
Daarnaast start de NVWA in samenwerking met Naktuinbouw deze week met een survey om de aanwezigheid van Meloidogyne enterolobii op Nederlandse bedrijven in kaart te brengen. Deze inspecties richten zich in eerste instantie op bedrijven die Ficus microcarpa telen. Op deze bedrijven zal de focus van de survey liggen op Ficus microcarpa en de bovengenoemde andere gewassen, maar ook overige planten worden geïnspecteerd op Meloidogyne enterolobii. Bij een vondst volgen maatregelen.

Tijdelijke beheersmaatregelen plantenpaspoort
Naktuinbouw neemt tijdelijke beheersmaatregelen bij het toezicht op de afgifte van plantenpaspoorten. Het toezicht wordt tijdelijk geïntensiveerd. Daarnaast worden bedrijven geïnformeerd en geïnstrueerd over zaken als herkenning van de nematode en hoe de eigen bedrijfsinspectie hierop verbeterd kan worden.

Verantwoordelijkheid ondernemers
De NVWA benadrukt nogmaals dat het belangrijk is dat ondernemers zelf ook hun verantwoordelijk nemen. Vraag goede garanties van uw leverancier en houd na import de planten minimaal 10 weken fysiek gescheiden van andere partijen. Controleer de wortels daarna goed. Een gedetailleerde administratie en labelen van de planten zorgt dat verschillende partijen goed van elkaar onderscheiden kunnen worden. Lees wat je als ondernemer zelf kunt doen om besmetting te voorkomen en hoe je een mogelijke besmetting met Meloidogyne enterolobii herkent. Bij Glastuinbouw Nederland en Royal FloraHolland is een hygiëneprotocol beschikbaar.

Moeten glasgroentetelers zich zorgen maken?
Als glasgroentetelers zich bewust zijn van de risico’s en uitwisseling van grond en machines met hoog risico vermijden, dan is er met de huidige kennis nog geen reden tot grote zorg.

Meldingsplicht bij vermoeden van Meloidogyne enterolobii
Het is verplicht om bij een vermoeden van een besmetting van Meloidogyne enterolobii dit direct te melden bij de NVWA. Snel melden kan de impact van de maatregelen mogelijk beperken, omdat de besmetting zich dan nog niet of nauwelijks heeft kunnen verspreiden.

Meer informatie
Maatregelen bij een vondst van Meloidogyne enterolobii
Voorkom besmetting met Meloidogyne enterolobii op uw bedrijf
Meloidogyne enterolobii herkennen
Meloidogyne enterolobii voorkomen | Naktuinbouw

Voor vragen over dit nieuwsbericht kunnen journalisten contact opnemen met het team persvoorlichting van de NVWA, (088) 22 33 700.

Consumenten en bedrijven kunnen contact opnemen met het Klantcontactcentrum of 0900-03 88 (gebruikelijke belkosten).

Met ingang van 2 maart 2023 is import van plantmateriaal vatbaar voor Xylella fastidiosa niet langer toegestaan voor 13 derde landen

Met ingang van 2 maart 2023 is import van plantmateriaal vatbaar voor Xylella fastidiosa niet langer toegestaan voor 13 derde landen: Argentinië, Chili, China, Colombia, Ecuador, Filipijnen, India, Indonesië, Jordanië, Oezbekistan, Peru, Sri Lanka, Vietnam.

Op basis van EU-wetgeving (verordening (EU) 2020/1201) is import van plantmateriaal vatbaar voor Xylella fastidosa (planten voor opplant, met uitzondering van zaden) uit deze derde landen niet langer toegestaan. Met ingang van 1 maart 2023 moeten derde landen een verklaring opgesteld hebben dat het land of gebieden vrij zijn van Xylella fastidiosa, een belangrijk EU-quarantaineorganisme. Deze verklaring moet gebaseerd zijn op voldoende surveygegevens op basis van een specifieke statistische aanpak, inclusief toetsing volgens specifieke protocollen. Deze derde landen zijn hier gedurende 2022 en begin 2023 meermaals op aangesproken door de Europese Commissie. De geleverde informatie van al deze derde landen is echter onvoldoende. Indien deze derde landen later alsnog een goede survey uitvoeren of garanties kunnen afgeven dat productie locaties vrij zijn van Xylella fastidiosa, kan import weer plaatsvinden. De lijsten met toegelaten derde landen, gebieden en productielocaties worden door de Europese Commissie bijgehouden en gepubliceerd. Zie ook:
https://food.ec.europa.eu/plants/plant-health-and-biosecurity/trade-plants-plant-products-non-eu-countries/declarations-non-eu_en#regulation-eu-20201201

De NVWA zal met ingang van 2 maart 2023 de import van dergelijk plantmateriaal weigeren van zendingen met afgiftedatum fytosanitaire certificaat van 1 maart 2023 of later.

De keuze van voorbehandelingsmiddelen voor Brassica en Daucus wordt verruimd

Per 1 februari 2023 vindt er een wijziging plaats in de VBN-productspecificatie van Brassica en Daucus.

Het Post Harvest Kenniscentrum van Royal FloraHolland heeft een verificatieonderzoek uitgevoerd om vast te stellen of:

  • Het middel Florissant 810 voldoet aan de VBN-normen als voorbehandelingsmiddel bij Brassica.
  • De middelen Florissant 810 en Florissant 830 voldoen aan de VBN-normen als voorbehandelingsmiddelen bij Daucus

Uit dit onderzoek is gebleken dat aan alle voorwaarden is voldaan om deze middelen toe te voegen aan de verplichte middelen in de VBN-productspecificatie van Brassica en Daucus.

Wijziging:

  • Florissant 810 wordt toegevoegd als toegestaan middel voor voorbehandeling bij Brassica (Florissant 810 code 21 op het label van het middel).
  • Florissant 810 en Florissant 830 worden toegevoegd als toegestane middelen voor voorbehandeling bij Daucus (Florissant 810 code 21 en Florissant 830 code 41 op het label van het middel).
  • U dient de juiste code van het voorbehandelingsmiddel bij uw aanvoerinformatie te vermelden. Met behulp van deze code kan het laboratorium controleren op het juiste gebruik van het voorbehandelingsmiddel.
    • Het sorteerkenmerk S65 voorbehandeling moet u zelf toe voegen in uw EAB-softwarepakket.
    • Binnen het sorteerkenmerk S65 moet u het juiste voorbehandelingsmiddel selecteren door middel van code 21 op label van het middel Florissant 810 en code 41 voor Florissant 830.

Bovenstaande middelen dienen uitsluitend toegediend te worden volgens gebruiksvoorschrift.

Mutaties productcoderingen 4e kwartaal 2022

Floricode voert per ingang van ieder kwartaal specifieke wijzigingen door in de productcodebestanden.

Floricode heeft productgroepen toegevoegd, productgroep- en productnamen gewijzigd en producten naar andere productgroepen verplaatst. Een aantal productcodes zijn geblokkeerd en verwijderd.
Verwijderde productnamen kunnen eventueel weer in de codelijsten worden opgenomen voor hergebruik met nieuw registratienummer en productcode.

Het bestand met wijzigingen vind u hier.

Het bijgesloten bestand is ook in PDF beschikbaar op de website van Floricode onder Coderen > Productcodering Sierteelt> Actuele mutaties > Mutaties productcoderingen 4e kwartaal 2022.

Houd Nederland Xylella-vrij

Er zijn grote zorgen over de opmars van de bacterieziekte Xylella fastidiosa vanuit Zuid-Europa. De bacterie, die bij olijfbomen de gevreesde olijvenpest veroorzaakt, is aangetroffen in Italië, Spanje, Portugal en Zuid-Frankrijk. Een uitbraak van Xylella in Nederland kan grote economische gevolgen hebben voor de boom- en vaste plantensector, de perk-, kuip- en potplantensectoren en het openbaar groen. Xylella is niet schadelijk voor mensen en dieren. Deze factsheet bundelt de beschikbare kennis rond het quarantaine-organisme Xylella fastidiosa en wat ú kunt doen om introductie van deze schadelijke bacterie te voorkomen.

Klik hier voor de factsheet.

De keuze van voorbehandelingsmiddelen voor Phlox en Liatris wordt verruimd

Per 1 november 2022 vindt er een wijziging plaats in de VBN-productspecificatie van Phlox en Liatris.

Het Post Harvest Kenniscentrum van Royal FloraHolland heeft een verificatieonderzoek uitgevoerd om vast te stellen of het middel Florissant 810 voldoet aan de VBN-normen als voorbehandelingsmiddel bij Phlox en Liatris. Uit dit onderzoek is gebleken dat aan alle voorwaarden is voldaan om dit middel toe te voegen aan de verplichte middelen in de VBN-productspecificatie van Phlox en Liatris.

Wijziging:

  • Florissant 810 wordt toegevoegd als toegestaan middel voor voorbehandeling bij Phlox en Liatris (Florissant 810 code 21 op het label van het middel).
  • U dient de juiste code van het voorbehandelingsmiddel bij uw aanvoerinformatie te vermelden. Met behulp van deze code kan het laboratorium controleren op het juiste gebruik van het voorbehandelingsmiddel.
    • Het sorteerkenmerk S65 voorbehandeling moet u zelf toe voegen in uw EAB-softwarepakket.
    • Binnen het sorteerkenmerk S65 moet u het juiste voorbehandelingsmiddel selecteren door middel van code 21 op label van het middel Florissant 810.

Bovenstaand middel dient uitsluitend toegediend te worden volgens gebruiksvoorschrift.

Intensivering inspectie planten bestemd voor Verenigd Koninkrijk

Euphorbia pulcherrima (kerstster) en Solanum pseudocapsicum

Het Verenigd Koninkrijk heeft aangegeven dat het aantal onderscheppingen van tabakswittevlieg (Bemisia tabaci) op met name Solanum pseudocapsicum planten herkomst Nederland veel te hoog is. De NVWA heeft, in samenspraak met de keuringsdiensten, daarom besloten de inspectie van de volgende planten te intensiveren: Solanum pseudocapsicum en Euphorbia pulcherrima (kerstster). Deze intensivering gaat in op 19 oktober aanstaande.

Het Verenigd Koninkrijk beraadt zich op maatregelen als de verwachte verbeteringen uitblijven. Een importverbod voor bepaalde gevoelige waardplanten van de tabakswittevlieg is één van de mogelijke maatregelen.

Verantwoordelijkheid exporteur
De NVWA wijst er nogmaals op dat het de verantwoordelijkheid van de exporteur is om er voor te zorgen dat de planten en plantaardige producten voldoen aan de importeisen van het land van bestemming. In het Verenigd Koninkrijk  is de tabakswittevlieg een quarantaineorganisme en hiervoor geldt een 0-tolerantie. De afgelopen weken is het aantal onderscheppingen echter fors toegenomen.

Meer informatie
Voor vragen over dit nieuwsbericht kunnen journalisten contact opnemen met het team persvoorlichting van de NVWA, telefoonnummer (088) 22 33 700.

Consumenten en bedrijven kunnen contact opnemen met het Klantcontactcentrum of 0900-03 88 (gebruikelijke belkosten).